Met een speciale pan bak je in no time flinter dunne flensjes!
4 personen • 45 minuten
Benodigdheden
Flensjes beslag
- 125 gram bloem
- snufje zout
- 3 eieren
- 350 ml volle melk
- 30 gram boter
- + extra boter om te bakken
Sinaasappel saus
- 50 gram roomboter
- 100 gram suiker
- 4 sinaasappels
- Grand Marnier
- Ijs naar keuze
Aan de slag:
Flensjes beslag: Zeef de bloem met een snufje zout in een mengkom. Maak in het midden een kuiltje en breek hierin de eieren. Klop de eieren geleidelijk door de bloem, waarbij u van het midden uit naar buiten werkt en tegelijkertijd de melk toevoegt. Klop tot het mengsel glad is. Smelt de boter en roer deze ook door het beslag. Laat het beslag een kwartiertje rusten.
Bak de flensjes aan beide kanten goudbruin.
Sinaasappel saus: Rasp de schil van 1 sinaasappel. Pers het sap van 3 sinaasappels en haal mooie partjes vruchtvlees uit 1 sinaasappel. Doe de boter en de suiker in een hapjes pan en laat dit zachtjes smelten tot caramel. Roer niet in de pan! Voeg een scheutje Grand Marnier toe en flambeer dit door de pan een beetje schuin te houden. Voeg de rasp en sap van de sinaasappels rustig toe. De caramel kan nu hard worden door het koude sinaasappelsap. Roer voorzichtig met een garde tot de caramel weer is opgelost. Voeg als laatste de partjes sinaasappel toe.
Bak de flensjes in een warme koekenpan door er een dun laagje beslag in te gieten. Serveer de flensjes met de warme sinaasappelsaus en een bolletje ijs naar keuze.